Als het niet waait, is er geen stroom. Er is dus back- up nodig. Door spreiding over het land, inzet van meerdere soorten duurzame bronnen (zon, wind, biomassa), en koppeling met buitenlandse stroomnetten is dit vooralsnog goed op te vangen. Op termijn zal er gezorgd moeten worden voor voldoende snel regelbaar vermogen uit CO2-arme elektriciteitsopwekkers en/of grootschalige opslag, bijvoorbeeld in de vorm van waterstof.

Windmolens maken geluid en produceren slagschaduw. Windmolens mogen daarom niet te dicht bij woningen geplaatst worden.

Tenslotte kunnen windmolens vogels doden of ze verjagen. Het aantal gedode vogels valt echter in het niet bij  het aantal slachtoffers als gevolg van het verkeer of huiskatten. Molens staan tegenwoordig niet meer in aanvliegroutes of bij fourageerplekken van vogels (plekken waar ze eten vinden).


Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *