In onderstaand blog-bericht geeft voorzitter Paul Zeef je weer een kijkje in de lokale energietransitie. Dit keer betreft het windenergie en wat dit betekent voor de toekomst van ondernemers, inwoners en natuur in Werkhoven, Odijk en Bunnik.

Op donderdag 23 januari 2025 is in de gemeenteraad het voorstel van B&W behandeld over toelating van Erfwindmolens in bepaalde delen van het buitengebied van de gemeente. Die behandeling was informatief voor de raad, want het ging om beleidsregels, waarvoor het college zelfstandig bevoegd was. Maar het was mooi te zien, dat er in de raad over alle fracties warme belangstelling was voor het onderwerp. En eigenlijk ook wel steun. Er werd nieuwsgierig en kritisch doorgevraagd. Hilde de Groot, onze wethouder, gaf na afloop aan, toch vier punten te hebben genoteerd om vóór vaststelling van de beleidsregels nog eens naar te kijken. Misschien wordt de uitwerking dus iets bijgeschaafd. 

OK, dat is allemaal proces en procedure. Wat houdt die toelating nu in?

In de kern komt het erop neer dat straks na officiële vaststelling er een ‘Ja, mits’-beleid komt te gelden voor met name ondernemers die op hun erf een kleine windturbine willen plaatsen. Het gaat dan om molens met een as-hoogte tussen 10 en 20 meter. Mocht een ondernemer kunnen aantonen dat het bedrijf in 90% of meer eigen opwek kan voorzien als de as op 30 meter komt – en de turbine dus groter wordt, dan wil de gemeente ook daar positief naar kijken, maar gelden wel wat randvoorwaarden. De gemeente Bunnik volgt hierin de kaderstelling van de provincie. 

Randvoorwaarden gelden voor al die Erfwindmolens. Ondernemers en agrariërs met plannen doen er dus goed aan met de gemeente contact op te nemen straks, om te zien hoe in de eigen situatie met de voorwaarden is rekening te houden. Dat heeft betrekking op geluidsbelasting, op de vlucht van fauna – vogels en vleermuizen. Maar ook op de landschappelijke inpassing, recreatie en toerisme effecten, en juridische en communicatieve zaken (als nabuurschap). Waar het om de geluidbelasting gaat, heeft de gemeente bij de GGD advies ingewonnen en is met de categorie kleine Erfwindmolens het wettelijke normenkader volgens de GGD – doorgaans een kritische adviseur – afdoende. Bepaalde gebieden in de gemeente zijn uitgesloten: UNESCO erfgoed, Natura-gebieden, bebouwde kom. En voor stiltegebieden aan de Langbroekerwetering en voor de Hollende Wagenweg gelden zwaardere beperkender voorwaarden. Daar komen niet zomaar erfwindmolens.

Tijdens het overleg maakte de gemeente gewag van het feit dat er in afgelopen periode toch al wel zo’n 20-tal vragen van primair agrariërs waren gekomen. Wind waait in de winter en ook als het donker is, dus voor fruittelers die net de koeling met de verse oogst vol hebben in het najaar, kan het een uitkomst zijn op hun verduurzaming. We zijn als ECB informeel in de consultatiefase bij de totstandkoming van de beleidsregels betrokken en ondersteunen de Ja-mits lijn van harte. Alle stroom die niet uit fossiele bronnen komt helpt de klimaatopgave van onze gemeente. Ondernemers die het lokale eigendom voor de investering willen verbreden, kunnen we als ECB misschien helpen.

En dan is er nog meer Winderig nieuws. Op 21 januari was er in Utrecht een ALV van Rijne Energie, de coӧperatie die de ontwikkeling van 3 en mogelijk 4 grote turbines in het energielandschap Rijnenburg bij de kop vat, met Eneco, de Windvogel en BMH Solar als partners. Rijne heeft nu meer dan 1000 leden. De vergunning voor de turbines is verleend in juni 2024, maar nog niet onherroepelijk, omdat er 6 bezwaren bij de Raad van State liggen. Bij de 4e turbine dicht tegen verkeersplein Oude Rijn aan zijn er bijzondere, bijna politieke bewegingen van RWS: de eigen experts en onderzoekingen van RWS geven aan dat de 4e turbine onder voorwaarden veilig naast de A2 kan verrijzen. Maar de ambtelijke leiding van RWS blijft toch dwarsliggen. De bouw kan door al die juridische zaken op zijn vroegst in 2028 starten, gaf het bestuur mee. Het past nog net in de SDE-subsidietijdlijnen.

Met die grote turbines is een massieve opwek van duurzame stroom gemoeid. Aan weidevogelcompensatie, natuurbeheer vergunningen, geluid, landschappelijke inpassing: aan alles is gedacht. Rijne heeft met partners een professioneel traject ingezet. Ik heb veel waardering voor hun bestuurders – en bewonder hun geduld en doorzettingsvermogen.

En saillant: de ALV Rijne gaf dat bestuur ook fiat om met de 3 partners de ontwikkeling van een grote Batterij van 30MWh max. ter hand te nemen. Daar waren ook met Stedin al oriënterende contacten over geweest. Dat is interessant om te volgen, daar ook in de Kersenweide in Odijk sprake zou kunnen zijn van vraag en aanbod balancering met een buurtbatterij – veel kleiner dan 30MWh, maar ook met vraagstukken van inpassing en verdienmodellen. Rijne gaf bijvoorbeeld aan naar verwachting niet tegen dubbele energiebelasting aan zullen te lopen bij opslaan en weer afgeven van de stroom.

Voor inwoners in Bunnik die willen deelnemen en investeren in het rendement uit de grote turbines van Rijne: dat gaat mogelijk worden. Rijne heeft in de statuten voorzien in een crowd-funding range van de stad Utrecht en omliggende gemeenten, ook Bunnik dus. Ergens in 2026 kan daarvoor een intekenactie worden verwacht. En Rijne zal na 2030 vast aan OM Nieuwe Energie stroom leveren. Zo kan dan ook in Werkhoven, Odijk en Bunnik duurzame Rijne stroom bij onze inwoners belanden.

Voorzitter, Paul Zeef

Meer weten over onze coöperatie? Bekijk al onze interviews & blogs.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *